Recensie: Vaslav in het DeLaMar Theater

Vaslav

Het verhaal van Vaslav Nijinski – een befaamd figuur in de danswereld – is nu te zien in het DeLaMar Theater. De danser stond bekend om zijn virtuoze en vernieuwende dansvoorstellingen, waarin hij met zijn hoge sprongen bijna leek te zweven.

Zijn leven nam na een laatste optreden in 1919 een drastische wending, waarover woordkunstenaar Arthur Japin een boek schreef.  Deze schrijver van vele internationale bestsellers bewerkte onlangs  zijn boek voor het toneel. De balletdanser was een fenomeen in zijn tijd, maar is zijn verhaal dan wel zo geschikt voor teksttoneel? Zou het verhaal van Nijinski niet beter tot zijn recht komen als dansvoorstelling? DeLaMar Producties deed een goede, maar enigszins ongenuanceerde poging.

Lof

Jeroen Krabbé opent de voorstelling met de woorden van Diaghilev om Nijinski met veel lof te introduceren. Nijinski wordt belichaamt door Maarten Heijmans, met zijn perfecte lichaam. Het is intrigerend hoe Heijmans de rol van de balletdanser vervult, die gedurende het verhaal steeds vaker in gedachten afdwaalt en zijn passie voor de liefde met iedereen wilt delen. Het is jammer dat wanneer hij in gedachten verzonken is, die gedachten ook meteen een vorm moeten krijgen op het toneel.

Vaslav

Maar net als in het boek gaat het ook hier niet alleen over het leven van Nijinski zelf. De verhalen van zijn vrouw Romola, gespeeld door Noortje Herlaar, Diaghilev en van bedienden Peter (Floris Verkerk) en Lise (Hanne Arendzen) komen eveneens aan bod. De verschillende verhaallijnen stapelen zich op al is er tijd te kort om alles, als in het boek, uit te werken. Het theater blijkt helaas weinig geschikt medium om het leven van Nijinski gedetailleerd aan het publiek over te dragen.

Het is een verademing als Beppie Melissen, in de rol van de moeder van Romola, weer het toneel op komt flaneren. Met haar botte teksten en flauwe grappen heeft ze telkens de lachers op haar hand. Zo geeft ze iets meer lucht aan de andere, iets meer dramatische scènes.

Alle scènes vinden stuk voor stuk in een ander decor plaats. De continue scènewisselingen storen niet, maar nemen op deze manier een prominente rol aan in de voorstelling. De vraag is natuurlijk of het wel nodig is om steeds een ander decor voor de dag te halen. Dit laat weinig ruimte over voor de fantasie van de toeschouwers.

Het verhaal wordt enigszins kort door de bocht verteld, maar is desondanks zeer vermakelijk. Het prachtig geacteerde stuk laat het grote publiek kennis maken met een mooie passage uit de geschiedenis. Helaas krijgt het verhaal niet de diepgang die het verdient, maar wellicht is deze toneelbewerking een uitnodiging aan de toeschouwer om het boek van Japin er (weer) eens op na te slaan.

Susanne Boersma