Recensie: Point Juncture, WA- Handsome Orders

pjwa handsomeorders

Vrouwen en mannen zijn beide even goede zangers. Nu zijn er al talloze bands waarin beide de zang op zich nemen (Black Mountain, The xx, Sonic Youth etc.) en Point Juncture, WA laat zien dat deze combinatie van lieflijke vrouwenvocalen met de iets diepere sound van hun mannelijke tegenpolen nog altijd goed werkt, maar helaas niet altijd een spannend album garandeert.

Handsome Orders

Handsome Orders (MT. Fuji Records/ Sonic Rendezvous) is het vierde album van deze band die geformeerd is rondom vier muzikanten uit Portland. Het kwartet opereert sinds langere tijd uit een gezamenlijk huis wat eerst diende als hangspot en moestuin, maar inmiddels is uitgegroeid tot een ware muziekstudio. Handsome Orders kan beschouwd worden als het beeld dat de band van zichzelf heeft op dit moment. Na drie eerdere albums te hebben uitgebracht is de band gegroeid en hebben ze meer weet gekregen van wie ze zijn en waar ze voor staan.

Radioheadpuristen

Handsome Orders beschikt over het geheel genomen een enorm feelgoodgehalte en met het hele moestuin-idee in je achterhoofd, is het meteen duidelijk door wat voor omgeving de leden van Point Juncture, WA zich hebben laten inspireren. When you wake up it’s too late en Chronological Order zijn mooie openers voor het album: de akoestische gitaren, piano en zoet klinkende vocalen maken deze en veel andere nummers op deze plaat een doorsnee popliedje. Snakey Says wil daar nog wel eens van afwijken door bepaalde dissonante melodietjes, maar de harmonieën van mannen- en vrouwenstemmen zoals we kennen van de vroegere Californische boybandjes, brengen de luisteraar vooral terug naar zoetsappige, klassieke liefdesliedjes die je al eerder gehoord denkt te hebben.

New Drags is een welkome afwisseling op de popliedjes ervoor: het intro en de zang doen veel denken aan Stephen Malkmus in combinatie met Yo La Tengo. De mannelijke stem daarentegen lijkt verdacht veel op Thom Yorke, maar alle Radioheadpuristen zullen daar waarschijnlijk een grote aanstoot aannemen dus ik zal het bij een zeer grote gelijkenis laten, meer niet.

Ondanks de catchy titel van de overige tracks op de plaat (o.a. Basketball Economics, Baptist Jesus) zijn de nummers niet zo pakkend als dat ze op het eerste gezicht lijken. Het blijft allemaal maar veel van hetzelfde, met zo nu en dan een fuzzy gitaar om de nummers wat extra power te geven. Baptist Jesus is zelfs zo eentonig dat je op een gegeven moment vergeet dat je ernaar zit te luisteren.

Snoeihard begin

Boston Gold is gek genoeg een razend goede de afsluiter en ik vraag me radeloos af waarom de band niet meer van dit soort nummers op het album heeft gezet: een snoeihard begin met elektrische gitaren, gevolgd door echoende vocalen à la My Bloody Valentine: het is jammer dat het eerste nummer wat echt je aandacht erbij houdt ook gelijk het laatste nummer van de plaat is.

Ondanks dat ik een liefhebber ben van dit soort bandjes ben ik een klein beetje teleurgesteld na afloop van het hele album en zet ik Boston Gold nog maar een keer op om dat lege gevoel op te vullen. Mijn vertrouwen in deze band is nog niet verloren, maar het is wel een bevestiging van het feit dat tuinieren, kamperen en muziek maken op een bepaald niveau niet meer samengaan.