Recensie: Assassins Creed IV: Black Flag

schoonspringen

Assassins Creed 3 was vorig jaar weer een krachtig deel in de serie. Dit was niet al te moeilijk, want voorganger Revelations was niet echt te pruimen. Toch was het derde deel nog niet te vergelijken met het ijzersterke tweede. Met Assassins Creed IV: Black Flag neemt de serie een ietwat onverwachte wending en focust het zich meer op piraterij dan daadwerkelijke assassins. Maar werkt dit dan minder lekker? Absoluut niet!

Yohoho en een fles vol rum

Deze keer spelen we met de grootvader van Connor, de hoofdpersoon uit Assassins Creed 3. Edward Kenway is in tegenstelling tot zijn kleinzoon een stuk spraakzamer en karakteristieker. Een hele verademing nadat we een game lang met een saai onontwikkeld personage hebben moeten rondlopen. Kenway brengt de charme en bijdehante attitude van het personage Ezio weer terug naar de serie op een manier die perfect past in de game. Het vechten met Kenway werkt een stuk soepeler dan voorheen. Waardoor het precies komt is mij niet helemaal duidelijk, maar het aanvallen en counteren lijkt een stuk beter uit de voeten te komen.

Qua verhaal wat zich in het nu afspeelt wil ik niet al te veel vertellen, dit om spoilers te voorkomen. Wel kan ik zeggen dat het een stuk lichter is dan voorheen. Geen end of the world taferelen met Desmond meer in de hedendaagse segmenten, maar een stuk lichtere avonturen in een game developer studio (ik maak geen grap).

ik zie een eiland

Zoals in ieder deel kom je op verschillende ‘historisch correcte’ locaties en ontmoet je personages uit die tijd. Zo zal Kenway rondvaren met beroemde piraten als Anne Bonny en Blackbeard. Over al deze karakters en locaties is in de database van alles te lezen. Het is een leuke extra, maar ik ga er niet van uit dat deze vaak bezocht gaat worden door gamers.

Schuitje varen theetje drinken V2.0

Waar Connor tussen de bomen van de Frontier rond hobbelde, krijgt Edward het volledige Caraïbisch gebied voor z’n kiezen. En ja, dat is groot. In dit gebied liggen naast grote nederzettingen als Nassau en Havana meerdere kleine eilandjes. Hier kan bijvoorbeeld gejaagd worden op dieren – waarna vervolgens upgrades van de huiden gemaakt kunnen worden – of kan je op zoek gaan naar schatten, je blijft tenslotte een piraat. Dit rondvaren doe je niet in een simpel roeibootje, maar in je eigen schip genaamd de Jackdaw. Ook deze boot heeft meerdere opties waarmee hij aangepast kan worden. Deze variëren van bijvoorbeeld nieuwe boegbeelden tot sterkere romp en kanonnen. Als speler ben je gelukkig niet de enige op zee. Continue kom je schepen tegen die je rustig voorbij kan laten gaan, of kunt aanvallen om te plunderen.

Het vechten op zee wat in Assassins Creed III werd geïntroduceerd, was bij bijna iedereen geliefd. Het is dan ook goed dat Ubisoft deze gameplay verder heeft uitgebreid en geperfectioneerd, want vechten zal je op de open zee. Zodra een schip genoeg beschadigd is, kan deze geënterd worden om de rest van de bemanning af te maken. Het zorgt voor spannende gameplay, vooral bij de grotere schepen. Deze gevechten hebben ook nog een ander doel, namelijk dat van Kenway’s vloot uitbreiden. Waar je in voorgaande delen een broederschap aan assassins kon oprichten en over de wereld verspreiden om missies uit te voeren, zijn deze nu vervangen door schepen. Hetzelfde verslavende concept, maar dan in een ander jasje.

kijk een walvis

Mocht je dan echt een lang stuk moeten reizen, kan er voor gekozen worden om via een handig quick-travel systeem direct naar de bestemming te gaan. Hierdoor loop je wel verschillende plundertochten en voorraden mis, die je kunt gebruiken om te upgraden. Als het dan toch te lang duurt, is er nog de bemanning om het gezellig te houden. In de wereld kom je verzamelbare scheepsliederen tegen die de rauwe zeebonken uit volle borst zingen. Zodra er dan land in zicht is, let vooral op de zee. Deze wordt lichter naarmate je dichter bij de kust komt. Een klein detail dat je dieper in de beleving meeneemt.

Bruisende steden

De grootste klacht bij het vorige deel was toch wel dat de wereld leeg aanvoelde. De Frontier die Connor kon verkennen was dan wel barstensvol natuur, maar nederzettingen waren niet bepaald goed bevolkt. De Caraïbische eilanden van Black Flag zijn hier de tegenpool van en bruisen van de energie en kleur. Overal is wel iets te zien en dat geld niet alleen voor de steden. De verschillende kleinere eilandjes waar collectibles en sidequests te vinden zijn hebben ook allemaal iets. Van oude tempelruïnes achtergelaten door Maya’s, tot dichtbegroeide jungles waar je moet uitkijken voor de wilde dieren. Dit zorgt er dan ook voor dat je naast het hoofdverhaal genoeg te doen hebt.

onder water

Conclusie

Assassins Creed IV Black Flag is weer een stap in de goede richting voor de Assassins Creed-serie. Hoewel de titel qua verhaal en setting niet echt in het rijtje met voorgaande titels thuis zou horen, weet hij zich hier zeker in te nestelen. De piratensetting werkt verdraaid lekker en dit wordt nog eens benadrukt door het personage van Edward Kenway. De gameplay (en dan met name de scheepsgevechten) zijn nog verder op de schop genomen en werken nog lekkerder. Grafisch zijn er zo hier en daar nog ruwe randen, vooral op het gebied van schaduwen. Maar grote kans dat deze er bij de next-gen versies uitgehaald zijn.

Assassins Creed IV: Black Flag is nu verkrijgbaar voor Xbox 360, PC, Playstation 3, Wii U en komen bij de launch ook uit voor de Xbox One en Playstation 4.

Marc de Haas